Kunstmatige intelligentie (AI) ontwikkelt zich sneller dan ooit. Waar AI systemen een paar jaar geleden nog stuntelden met complexe taken, verslaan ze nu moeiteloos mensen in wiskunde, coderen en medische diagnoses. Maar dat is nog maar het begin. De volgende grote doorbraak staat voor de deur: Artificial General Intelligence (AGI).
Volgens kopstukken als Sam Altman, de CEO van OpenAI en Demis Hassabis. de CEO van Google DeepMind, zou AGI al in 2026 werkelijkheid kunnen worden. Dat betekent dat AI niet alleen slimmer wordt, maar in principe bijna alle denkbare cognitieve taken van een mens kan uitvoeren.
En dat gaat alles veranderen: van economie en werkgelegenheid tot geopolitieke machtsverhoudingen. Landen en bedrijven die AGI als eerste onder de knie krijgen, hebben een gigantisch voordeel.
Hoewel AI al triljoenen dollars aan waarde kan genereren, zijn overheden en bedrijven nog niet klaar voor de implicaties van AGI, zo laat tech expert Kevin Roose weten via zijn eigen column.
Er is geen duidelijke strategie om de risico’s te beperken of de voordelen optimaal te benutten. AI sceptici, die AGI als sciencefiction afdoen, bieden een vals gevoel van veiligheid. Maar insiders binnen kunstmatige intelligentie bedrijven maken zich juist zorgen over de snelheid van deze vooruitgang.
Zelfs als AGI later komt dan verwacht, is wachten geen optie. We moeten nu in actie komen, aldus Roose. Dat betekent slimme regelgeving opstellen, cybersecurity versterken en investeren in AI onderwijs. Want laten we eerlijk zijn: de vraag is allang niet meer of AGI er komt, maar wanneer.
Geschiedenis heeft keer op keer bewezen dat te laat inspelen op technologische revoluties enorme gevolgen kan hebben. Kijk maar naar het internet, social media of crypto, de impact is gigantisch, en de wereld had zich beter kunnen voorbereiden.
Nu staat er een nieuwe technologische transitie voor de deur met kunstmatige intelligentie. De echte vraag is: zijn we klaar om de deur open te doen?