Apple en Alibaba slaan de handen ineen om kunstmatige intelligentie (AI) naar iPhones in China te brengen. Dat bevestigde Alibaba topman Joe Tsai deze week op de World Governments Summit in Dubai. Voor Apple is dit een slimme zet om zijn positie in de grootste smartphonemarkt ter wereld te verstevigen en beter te kunnen concurreren met lokale spelers zoals Huawei.
Een van de grootste obstakels voor Apple in China is de strenge AI wetgeving. De Chinese overheid heeft de afgelopen jaren flinke regels ingevoerd, waarbij deze systemen eerst goedkeuring moeten krijgen voordat ze de markt op mogen. Dat maakt het voor buitenlandse bedrijven lastig om voet aan de grond te krijgen. Gelukkig voor Apple heeft Alibaba de ervaring en de connecties om door dit regelgevingsdoolhof te navigeren.
Apple heeft meerdere Chinese techbedrijven in de race gehad, maar uiteindelijk viel de keuze op Alibaba als de partner om AI naar iPhones in China te brengen. Het nieuws kwam eerder deze week naar buiten via The Information en zorgde meteen voor een flinke koersstijging bij beide bedrijven. Alibaba’s aandelen in Hongkong schoten zelfs omhoog naar het hoogste niveau sinds 2022, een duidelijk signaal dat de markt vertrouwen heeft in deze samenwerking.
Alibaba heeft zich de afgelopen jaren ontpopt als een absolute koploper in AI, met geavanceerde taalmodellen en slimme spraakassistenten. Voor Apple is dit een gouden kans: ze kunnen meeliften op Alibaba’s technologische voorsprong en tegelijkertijd netjes binnen de strikte Chinese regelgeving blijven. Een slimme zet die Apple helpt om relevant te blijven in een markt waar innovatie de sleutel tot succes is.
Er zijn zeker wat wenkbrauwen gefronst over de samenwerking tussen Apple en Alibaba. De grootste vraag is: gaat deze AI integratie echt het verschil maken voor Apple in China? Veel Chinese consumenten zijn namelijk gewend aan lokale apps en ecosystemen, waardoor analisten zich afvragen of deze nieuwe functies wel genoeg zijn om iPhones aantrekkelijker te maken.