BRICS-leiders eisen databescherming en eerlijke vergoeding voor AI

De leiders van de BRICS-landen, (Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika) hebben nadrukkelijk gepleit voor strengere maatregelen tegen het ongeoorloofd gebruik van hun data door kunstmatige intelligentie. In een concept-verklaring die Reuters in handen kreeg, benadrukken ze de noodzaak om overmatige verzameling van gegevens tegen te gaan en mechanismen in te voeren waarbij makers eerlijk worden betaald voor content die wordt gebruikt bij het trainen van AI-modellen. Dit meldde Reuters op 6 juli.

De leiders van de vijf BRICS-landen kwamen afgelopen week bijeen in Rio de Janeiro voor een tweedaagse top. Het is voor het eerst dat AI-governance prominent op de agenda van de BRICS-top verschijnt. De leiders van de vijf landen willen dat er publieke waarden en eerlijke regelgeving voor alle landen komen. Daarbij roepen ze op tot een globaal bestuur via de Verenigde Naties, gericht op inclusie en ontwikkeling voor landen in het globale zuiden.

De BRICS-landen geven aan dat veel grote AI‑bedrijven, bijna allemaal uit rijkere landen, nog steeds geen auteursrechten betalen voor het materiaal waarmee hun systemen worden getraind. Daardoor wordt de controle van ontwikkelingslanden over eigen data aangetast. BRICS wil dat hier snel verandering in komt, zodat mensen beter beschermd worden tegen het gebruik van hun data.

Vorig jaar verbood de Braziliaanse autoriteit voor gegevensbescherming (ANPD) Meta al tijdelijk om de gegevens van Braziliaanse gebruikers te gebruiken voor het trainen van AI. De ANPD ontdekte dat onder andere foto's van Braziliaanse kinderen zonder toestemming werden gebruikt voor AI-trainingsdoeleinden.

De BRICS-natie’s zien hun gezamenlijke inspanning als een tegengeluid tegen de techhegemonie van het Westen, waar grote bedrijven vaak lijken te bepalen hoe data wordt gebruikt en door wie. Door op te komen voor databescherming, willen zij meer inspraak krijgen over het al dan niet geoorloofde gebruik van de data van gebruikers.