Hoe AI onze banen zal veranderen, niet vervangen

De opkomst van kunstmatige intelligentie (AI) roept veel vragen op over de toekomst.Zo is het de vraag of veel banen nog menselijk werk vereisen, of dat de technologie als vervanging dient. Een van de belangrijkste discussiepunten is of machines in staat zijn mensen te imiteren. Professor Erik Brynjolfsson vergeleek recent de impact van AI met die van de uitvinding van de stoommachine, wat toentertijd een enorme verandering teweegbracht in de samenleving.

De professor benadrukt dat AI de potentie heeft om werk drastisch te veranderen, maar hij geeft daarbij aan dat hij voorlopig niet verwacht dat het banen volledig zal vervangen. In plaats daarvan kunnen specifieke taken geautomatiseerd worden, terwijl andere taken beter door mensen worden uitgevoerd. Een goed voorbeeld hiervan is het werk van radiologen: AI kan diagnoses stellen, maar menselijke tussenkomst is nog steeds noodzakelijk voor andere taken zoals het communiceren van de diagnose met de patiënt, het toedienen van sedatie tijdens procedures, of het afhandelen van onverwachte complicaties.

Om inzicht te krijgen in de rol die AI kan spelen onder werknemers stelt Brynjolfsson dat bedrijven en beleidsmakers een taakgerichte analyse moeten maken van elke rol in een organisatie. Hierdoor kunnen ze beter begrijpen welke taken door AI kunnen worden overgenomen en welke niet. Dit kan bedrijven helpen efficiënter te werken en de productiviteit te verhogen, wat uiteindelijk een positieve invloed kan hebben op de hele economie.

Hoewel AI op de lange termijn veel voordelen biedt, kan er aanvankelijk een productiviteitsdaling optreden. Dit is volgens de professor vergelijkbaar met de zogenaamde J-curve, waarbij bedrijven eerst moeten investeren in nieuwe vaardigheden en technologieën voordat ze groei ervaren.

Brynjolfsson waarschuwt echter voor de gevaren van AI, zoals de centralisatie van macht en beslissingsbevoegdheid. Hij pleit voor een bredere maatschappelijke discussie over de impact van AI en het belang van investeringen in wetgeving en economie om de juiste beleidskeuzes te maken.