Chinese AI-bedrijven verplaatsen training naar Azië: wat speelt hier echt?

Chinese AI-bedrijven zoeken nieuwe wegen om hun modellen slimmer te maken, aldus bronnen van de Financial Times. Dat doen ze steeds vaker buiten China. De verschuiving zet een opvallende trend in gang die zowel economisch als geopolitiek gevolgen heeft. Maar waarom kiezen deze bedrijven massaal voor training over de grens?

Alibaba, ByteDance en andere Chinese tech reuzen trainen hun AI modellen steeds vaker in Singapore en Maleisië. Ze gebruiken daar datacenters die in handen zijn van niet-Chinese partijen. Daarmee krijgen ze legaal toegang tot high-end Nvidia-chips en omzeilen ze de Amerikaanse exportbeperkingen. De zogeheten “diffusion rule”, die dit moest blokkeren, is dit jaar door president Trump geschrapt. Dat opent de deur voor offshore training, en die beweging verandert de AI-markt razendsnel.

Chinese modellen zoals Alibaba’s Qwen en ByteDance’s Doubao behoren inmiddels tot de best presterende LLM’s ter wereld. Dat komt mede doordat ze in Zuidoost-Azië trainen op geavanceerde Nvidia-hardware. De vraag naar rekenkracht zorgt voor een explosie van nieuwe datacenter clusters in beide landen. Bouwers installeren complete rijen H100- en H200-systemen om de stroom aan trainings jobs aan te kunnen.

Voor inference gebruiken Chinese bedrijven juist vaker Chinese chips. Die draaien stabiel in productie en voldoen aan lokale regelgeving. Maar voor training blijft Nvidia dominant. Het prestatieniveau ligt simpelweg hoger en versnelt de ontwikkeling van nieuwe modellen.

DeepSeek kiest een andere route. Dit bedrijf traint zijn modellen nog steeds in China. DeepSeek kocht voor de export ban een enorme voorraad Nvidia chips en werkt nauw samen met Huawei aan nieuwe Chinese AI-hardware. Huawei stuurt zelfs ingenieurs naar DeepSeek om lokale chip software te optimaliseren. Hierdoor bouwt DeepSeek een eigen ecosysteem dat minder afhankelijk is van Amerikaanse technologie.

De datacenters in Singapore en Maleisië dienen niet alleen als trainingslocatie. Chinese AI-spelers gebruiken ze ook om buitenlandse klanten te bedienen en hun cloud activiteiten uit te breiden. Ze mogen geen prive data uit China exporteren, dus klant-specifieke fine-tuning moet altijd binnen de landsgrenzen gebeuren. De offshore clusters richten zich daarom vooral op basis-training en internationale diensten.