Silicon Valley stond op zijn kop na de lancering van het nieuwste
kunstmatige intelligentie (AI) model van
DeepSeek. De Chinese start-up bewees dat je met slechts een paar miljoen dollar een van de beste, zo niet het beste,
AI model ter wereld kunt bouwen. Het is een gamechanger, mogelijk vooral
Europa, dat jarenlang aan de zijlijn stond in de wereldwijde AI race.
Ons continent zou weleens als grote winnaar uit de bus kunnen komen. DeepSeek opent namelijk de deur naar een inhaalslag, en dat kan de Europese techscene nieuw leven inblazen. Veel startups stappen over naar DeepSeek AI vanwege de enorme kostenbesparing. Waar OpenAI $2,50 per miljoen tokens rekent, biedt DeepSeek dezelfde dienst voor slechts $0,014. Dit betekent dat bedrijven tot 40 keer minder betalen voor het trainen en gebruiken van hun AI modellen. Voor veel ondernemingen is dat een deal die ze niet kunnen weigeren.
Volgens Hemanth Mandapati, CEO van de Duitse startup Novo AI, duurde het overstappen slechts enkele minuten. "Als je je applicatie hebt gebouwd met OpenAI, kun je moeiteloos switchen," zegt hij. Startups profiteren direct van de kostenverlaging, zonder in te leveren op prestaties.
Inhaalslag voor Europa?
De tech sector in Europa heeft moeite om te concurreren met de miljardeninvesteringen in de Verenigde Staten (VS). In 2024 werd $100 miljard geïnvesteerd in Amerikaanse AI bedrijven, tegenover slechts $15,8 miljard in Europa. Onlangs maakte Trump zelfs nog bekend $500 miljard in de sector te investeren. DeepSeek AI kan dit gat echter helpen dichten door AI toegankelijker en betaalbaarder te maken.
Veiligheidszorgen
Hoewel het Chinese model enorm goedkoop is, komt het wel met privacy- en veiligheidszorgen. Zo wordt momenteel onderzocht of het model data van OpenAI kopieert en zijn er vraagtekens bij de gegevensbescherming van mensen die het model gebruiken. Daarnaast zijn er ook zorgen over censuur die wordt toegepast op gevoelige onderwerpen over China. Critici vrezen dat DeepSeek AI bepaalde antwoorden filtert of manipuleert. Dit maakt het voor sommige bedrijven en overheden een lastige keuze: kiezen ze voor de lage kosten, of wegen transparantie en datasoevereiniteit zwaarder?