Kun je je voorstellen dat slimme algoritmes artsen helpen
ziekten jaren eerder op te sporen of zelfs de juiste behandeling te kiezen? Wat ooit sciencefiction leek, is nu volop realiteit. Kunstmatige intelligentie dringt razendsnel door in de medische wereld en
belooft een doorbraak in de aanpak van twee hardnekkige volksziekten: kanker en diabetes type 1.
AI versnelt medicijnontwikkeling en behandelingen
Wereldwijd worden jaarlijks ongeveer 20 miljoen nieuwe kankergevallen vastgesteld en overlijden bijna 10 miljoen mensen. Ook type 1-diabetes groeit gestaag en treft naar schatting 9,5 miljoen patiënten in 2025.
AI kan het verschil maken.
Machine learning modellen speuren in razend tempo naar tumorantigenen en zogenaamde “checkpoint” eiwitten, cruciale schakels in de werking van het immuunsysteem. Hierdoor kunnen nieuwe kankermedicijnen sneller en gerichter worden ontwikkeld.
Daarnaast helpt AI bij het selecteren van de juiste patiënten voor immunotherapie. Door genetische data, scans en immuun profielen te analyseren, voorspelt de technologie welke patiënten de grootste kans hebben op succes. Artsen kunnen bovendien dankzij AI de beste dosis en behandelmethode bepalen, waardoor de kans op bijwerkingen kleiner wordt.
Een veelbelovende stap is de ontwikkeling van gepersonaliseerde vaccins. AI voorspelt welke specifieke tumor mutaties een krachtige immuunreactie opwekken, wat de weg opent naar maatwerk vaccins tegen kanker.
Slimmere zorg voor diabetes type 1
Ook voor diabetes type 1 verandert de aanpak ingrijpend. AI kan bij jonge kinderen het risico op de ziekte nauwkeurig voorspellen door genetische en immuun markers te analyseren. Voor wie al diabetes heeft, bieden AI gestuurde “kunstmatige alvleesklieren” uitkomst. Deze slimme systemen passen de insulinedosering automatisch aan, zodat de bloedsuikerspiegel beter binnen veilige waarden blijft.
Of het nu gaat om een te zwak immuunsysteem bij kanker of een overactief immuunsysteem bij diabetes, AI vertaalt enorme hoeveelheden medische data naar bruikbare inzichten. Het resultaat: snellere diagnoses, gerichtere behandelingen en een flinke stap vooruit in de strijd tegen twee van de grootste gezondheidsproblemen van onze tijd.