China komt met eigen antwoord op Amerikaanse AI plannen

China heeft tijdens de World Artificial Intelligence Conference in Shanghai een wereldwijd actieplan voor kunstmatige intelligentie gepresenteerd. Premier Li Qiang pleitte daarbij voor een internationale samenwerking en stelde voor om een globale AI samenwerkingsorganisatie op te richten. Het plan benadrukt het belang van gezamenlijke ontwikkeling en regulering van AI technologie.

In dat kader lanceerde China ook het “AI plus” programma. Daarmee wil het land kunstmatige intelligentie in alle sectoren van de samenleving verwerken, van gezondheidszorg tot landbouw. Volgens Chinese beleidsmakers is AI te belangrijk om alleen aan commerciële bedrijven over te laten. China wil niet alleen een leidende tech macht zijn, maar ook een brug bouwen naar andere landen.

De aankondiging van China komt slechts enkele dagen nadat de Verenigde Staten onder president Trump een eigen AI actieplan bekend maakte. Daarin ligt onder andere de nadruk op het tegengaan van “woke” bias in AI modellen en het versterken van de Amerikaanse tech industrie. De VS bouwt daarbij een eigen netwerk van bondgenoten op, met landen als Japan, Australië en het Verenigd Koninkrijk.

Sinds 2022 proberen de Amerikanen China te weren uit de markt voor geavanceerde chips. Toch slaagt China er steeds beter in om eigen alternatieven te ontwikkelen. Zo mag Nvidia nu weliswaar weer chips aan China leveren, maar dan alleen een afgezwakte versie van hun krachtige H20 modellen.

Opvallend was ook de aanwezigheid van voormalig Google topman Eric Schmidt in Shanghai. Hij sprak daar met lokale leiders over de toekomst van AI. Dat iemand van zijn kaliber aanwezig was, laat zien hoe belangrijk China dit onderwerp vindt.

Met deze nieuwste stappen lijkt de wereld definitief twee verschillende AI richtingen in te slaan. China zet in op samenwerking, terwijl de VS kiest voor dominantie. De komende jaren wordt duidelijk welk model het meest invloedrijk zal zijn.