Het zakelijke social media platform LinkedIn, dat eigendom is van Microsoft, ligt onder vuur. In een nieuwe rechtszaak wordt het platform beschuldigd van het delen van privéberichten van Premium gebruikers met derden om kunstmatige intelligentie (AI) te trainen. Volgens de aanklagers is dit een ernstige inbreuk op de privacy.
De zaak, die in Californië wordt aangespannen, beweert dat LinkedIn in augustus 2023 stilletjes hiermee is begonnen. Het introduceerde toen privacy-instellingen waarmee gebruikers automatisch instemmen met het delen van hun data voor AI modellen. Een maand later zou het platform zijn privacybeleid hebben aangepast om deze praktijk verder te verhullen. Volgens de aanklagers wijst dit op een bewuste poging om de sporen uit te wissen en kritiek te voorkomen.
De zaak is aangespannen namens een LinkedIn Premium gebruiker en alle anderen in een vergelijkbare situatie. De eis? Een schadevergoeding van $1.000 per gebruiker, wegens schending van de Stored Communications Act, plus extra compensatie voor contractbreuk en oneerlijke concurrentie.
Het platform heeft gereageerd op de beschuldigingen en ontkent alles. Ze stellen dat de beweringen "onjuist en ongegrond" zijn. Toch lijkt er reden tot zorg: gebruikers zouden pas later te weten zijn gekomen dat hun gegevens werden ingezet voor AI training en dat het intrekken van toestemming geen invloed had op reeds gebruikte data.
Volgens LinkedIn geldt het datagebruik voor AI training niet voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk, de Europese Economische Ruimte en Zwitserland. Maar voor Amerikaanse gebruikers blijven er veel vragen openstaan.
Met meer dan 1 miljard gebruikers wereldwijd en een omzet van $1,7 miljard uit premium abonnementen in 2023, groeit LinkedIn enorm snel, mede dankzij de integratie van zijn nieuwe AI functionaliteiten. Het roept echter ook de zorgwekkende vraag op: hoe ver mogen bedrijven gaan met het verzamelen en gebruiken van gebruikersdata zonder expliciete toestemming?