De Amerikaanse Senaat heeft een opvallende draai gemaakt in het
AI debat. Op 1 juli 2025
stemde een overweldigende meerderheid van 99 tegen 1 om een omstreden verbod op staatsregulering van kunstmatige intelligentie te schrappen uit het zogeheten “mega mega bill” van voormalig president
Donald Trump. Daarmee lijkt de weg vrij voor individuele staten om toch hun eigen regels rondom AI op te stellen.
Tech versus staten: strijd om AI regels laait op in Amerika
Het oorspronkelijke voorstel zou staten tien jaar lang verbieden om zelf wetten over AI te maken. Wie dat toch wilde doen, zou geen toegang krijgen tot een speciaal AI infrastructuurfonds van maar liefst $500 miljoen. Grote techbedrijven zoals Google en OpenAI waren in eerste instantie enthousiast over dat plan. Zij vreesden een lappendeken van tegenstrijdige regels als elke staat zijn eigen koers mocht varen.
Toch kwam er flink wat verzet. Kinderrechtenorganisaties, vakbonden, ouderverenigingen en lokale overheden trokken aan de bel. Volgens hen ging het verbod veel te ver en zou het staten juist verhinderen om hun burgers te beschermen tegen de mogelijke risico’s van AI, zoals misbruik van data of discriminatie door algoritmes.
AI wordt serieus genomen door Senaat
De Republikeinse senator Marsha Blackburn uit Tennessee probeerde het verbod eerst nog te versoepelen naar vijf jaar, maar trok haar voorstel terug na felle kritiek. Uiteindelijk stemde alleen senator Thom Tillis uit North Carolina voor het behouden van het verbod.
De stemming wordt gezien als een belangrijke overwinning voor voorstanders van staatsregulering en een stevige tik voor Big Tech. De brede steun in de Senaat laat zien dat er steeds meer draagvlak is om
AI serieus te reguleren, niet alleen op federaal niveau, maar juist ook lokaal. De wet gaat nu verder naar het Huis van Afgevaardigden, waar opnieuw zal worden gekeken naar de balans tussen innovatie, staatsrechten en consumentenbescherming.