De Rechtbank Rotterdam heeft recentelijk een proef uitgevoerd waarbij Artificial Intelligence (AI) werd ingezet als ondersteuning bij het schrijven van een strafvonnis. Deze proef betreft een innovatieve stap voor de Nederlandse rechtspraak en richt zich specifiek op het verbeteren van de schrijfkwaliteit en efficiëntie, zonder dat AI een rol speelt bij rechterlijke beslissingen of juridische afwegingen. Dat is te lezen op rechtspraak.nl.
In dit experiment gebruikten strafrechters en een griffier AI uitsluitend als hulpmiddel bij het opstellen van een strafmotivering—het deel van het vonnis waarin de rechtbank uitlegt welke straf zij oplegt en waarom. Dit onderdeel is essentieel, omdat het helderheid geeft aan zowel verdachten, slachtoffers, officieren van justitie als aan het algemene publiek. Direct na afloop van de zitting informeerde de rechtbank alle betrokken partijen over het gebruik van AI, waarmee transparantie werd gewaarborgd.
Tijdens de proef stonden vertrouwelijkheid en privacy centraal. De rechtbank voerde zorgvuldig controles uit om ervoor te zorgen dat er geen privacygevoelige of herleidbare informatie in openbare AI-systemen terechtkwam. Hiermee werden ethische principes en de integriteit van de rechtsgang beschermd. Menselijke controle, transparantie en ethische waarborgen bleven te allen tijde leidend.
De concrete werkwijze bij de proef bestond uit het invoeren van algemene feiten en omstandigheden van de zaak in een openbaar toegankelijk AI-systeem. Dit systeem genereerde vervolgens tekstsuggesties en formuleringen.
Deze resultaten zijn kritisch beoordeeld en geselecteerd door de griffier en rechters, waarbij de standaardprocedure werd gevolgd: de griffier maakte een eerste concepttekst die vervolgens gezamenlijk door rechters zijn aangepast. AI nam hierbij nooit inhoudelijke beslissingen of voorbereidende juridische afwegingen voor haar rekening.
De resultaten van de proef waren positief. De betrokken rechters en griffier gaven aan enthousiast te zijn over hoe AI bijdroeg aan snellere productie van de concepttekst en aan een betere structuur en indeling van het uiteindelijke vonnis. Ondanks deze voordelen verwachten zij dat openbare AI-tools slechts beperkt bruikbaar zullen zijn vanwege privacybeperkingen en ethische risico’s. Met openbare systemen kan er niet genoeg relevante informatie veilig worden gedeeld, waardoor hun praktische nut beperkt blijft.
Als oplossing zien de rechters meer potentieel in een speciaal voor de rechtspraak ontworpen, afgeschermd AI-systeem. Een dergelijk systeem zou uitsluitend gebruikmaken van interne en vertrouwelijke informatie, bijvoorbeeld afkomstig van eerder gepubliceerde strafvonnissen op rechtspraak.nl.
Door een veilige database te creëren die specifiek is afgestemd op de juridische praktijk, zouden rechters gedetailleerdere informatie kunnen invoeren en relevantere, specifiekere suggesties ontvangen. Hiermee kunnen conceptstrafmotiveringen aanzienlijk verbeteren.
De proef bij Rechtbank Rotterdam onderstreept dat AI op een verantwoorde wijze kan bijdragen aan kwalitatieve en efficiëntere rechtspraak. Door zorgvuldig te werken met afgeschermde, speciaal ontwikkelde systemen blijven ethische normen en juridische principes gewaarborgd. Deze ontwikkeling opent nieuwe mogelijkheden voor verdere integratie van AI in de rechtspraak, waarbij technologie en menselijke rechtvaardigheid effectief hand in hand kunnen gaan.